top of page

Afbouw

Hulpverlening is meestal eindig. Om begeleiding succesvol af te ronden, moet deze de oorzaken aanpakken. Op deze website bieden we handvatten voor het aanpakken van financiële vaardigheden en financieel gedrag zodat cliënten financieel redzaam zijn en (meer) zelfstandig hun budget kunnen beheren.

Zelfredzaam of redzaam?

In realiteit kan niet elke cliënt zelfstandig zijn budget beheren en zelfredzaam zijn. Gepaste ondersteuning en hulpverlening blijven dan noodzakelijk. In die omstandigheden is het wijs te bekijken welke verantwoordelijkheden aan de cliënt kunnen worden toevertrouwd en voor welke verantwoordelijkheden ondersteuning nodig is. Die ondersteuning moet op maat van de cliënt worden uitgewerkt, in het OCMW, in een CAW, via bewindvoering, met een budgetcoach, ...

Afbouwtraject

Ook in het kader van een collectieve schuldenregeling die begeleid werd door een advocaat-schuldbemiddelaar is afbouw aan de orde. Cliënten hebben jarenlang met een beperkt budget moeten leven en hebben bepaalde verantwoordelijkheden overgedragen aan de schudbemiddelaar. Het is belangrijk de cliënt tijdig bewust te maken van de verantwoordelijkheden die hij opnieuw moet dragen. In een afbouwtraject moet aandacht gaan naar de vaste kosten, het beschikbare budget, betaalverplichtingen en het gedrag dat daarmee gepaard gaat. Indien de schuldbemiddelaar vermoedt dat volledige zelfredzaamheid onmogelijk is, is een tijdige opstart van gepaste ondersteuning noodzakelijk.

Als het gaat om financieel redzaam zijn, zijn bepaalde financiële vaardigheden en gedragingen van belang. Hierop inzetten is essentieel en kan doorheen de ganse hulpverlening of in een zogenaamde afbouwfase. De tabbladen vaardigheden en gedrag bevatten heel wat werkmateriaal en tips om hieraan te werken. 

Wanneer afbouwen?

  • wanneer cliënten aangeven te willen stoppen met budgetbeheer of budgetbegeleiding.

  • of wanneer uit de periodieke evaluatie van de hulpverlening blijkt dat de vooropgestelde doelstellingen gerealiseerd zijn en hulpverlening niet meer nodig/wenselijk is.

  • of wanneer cliënten over de vaardigheden beschikken om financieel zelfredzaam te zijn.

  • of wanneer aan cliënten de ontbrekende vaardigheden aangeleerd kunnen worden.

  • of wanneer een collectieve schuldenregeling ten einde loopt en de cliënt nadien zelfstandig zijn budget moet beheren.

Wanneer beëindigen?

  • wanneer cliënten over de noodzakelijke financiële vaardigheden beschikken.

  • én wanneer cliënten voldoende vertrouwen hebben in zichzelf dat ze financieel zelfredzaam kunnen zijn.

  • én wanneer cliënten weten waar ze terechtkunnen met vragen en moeilijkheden.

  • én wanneer cliënten een stabiel inkomen hebben.

Hoe afbouwen?

  • in kaart brengen van de financiële vaardigheden waarover de cliënt al beschikt en welke versterkt moeten worden (op vlak van afhandelen van post, ordenen van administratie, zicht hebben op inkomsten en uitgaven, uitvoeren van financiële handelingen zoals betalingen, plannen van inkomsten en uitgaven, omgaan met leefgeld).

  • een stappenplan uitwerken voor de ontbrekende of onvoldoende sterke vaardigheden, met duidelijke verwachtingen, doelstellingen en haalbare timing.

  • doelgericht werken: doelstellingen formuleren (met en door cliënt) en hieraan gericht werken.

  • verantwoordelijkheden van de cliënt stelselmatig verhogen: post zelf ontvangen en sorteren, facturen zelf betalen,  van wekelijks naar tweewekelijks of maandelijks leefgeld, minder contactmomenten met hulpverlener, ...

  • taakgericht werken: taken bepalen en toewijzen aan cliënt of hulpverlener. Samen met de graduele toename van verantwoordelijkheden bij de cliënt, ook meer taken aan de cliënt toevertrouwen.

  • oog hebben voor het gedrag van de cliënt: beschikt hij over voldoende zelfvertrouwen, zelfcontrole, inzicht om zelfredzaam te blijven?

  • met cliënt afspraken maken over contactname bij vragen en moeilijkheden: bij wie kan de cliënt terecht als het wat moeilijker loopt of er problemen opduiken?

  • als het stappenplan doorlopen is, alle vaardigheden zijn ontwikkeld, de cliënt voldoende zelfzeker is en de opgelegde taken tot een goed einde brengt, kan budgetbeheer/budgetbegeleiding/hulpverlening beëindigd worden.

bottom of page